Woensdag 12 september. Het is half 8 als de wekker gaat, douchen, ontbijten, het gebruikelijke ritueel. Niet veel later ligt alles weer in de auto en gaan we op weg. We rijden via de regionale wegen naar Cottonwood en laden daar onze koelbox weer vol met de benodigde proviand en natuurlijk ijs. Het werkt echt prima een koelbox met ijs, alles blijft lekker koel. Via een kronkelig weggetje bergop komen we bij een oud stadje Jerome. Begin negentiende eeuw was dit een mijn stadje maar nadat de mijn uitgeput raakte is alles in verval geraakt en werd het een ghosttown. Inmiddels zijn de etalages weer gevuld en komen vele toeristen hiernaar toe om de oude gebouwen te bekijken. We parkeren de auto en lopen dan door het stadje heen en weer. Sommige gevels zien er nog authentiek uit maar anderen zijn door de tijd ook alweer van een nieuwe look voorzien. Toch al met al een leuk stukje, op een bankje eten we een overheerlijk ijsje en rijden verder de berg op om bij de ghost mijn te gaan kijken. Degene die het terrein heeft gekocht is een echte verzamelaar. Tjonge jonge wat een oude “troep” staat hier. Een aantal huisjes zijn ingericht als tandarts, schoenenwinkel en autoshop. Maar wat vooral opvalt zijn de oude auto’s overal. Van kleine auto’s tot aan takel- en tankwagens. Grappig dat er in een oude tankwagen achterin de tank een klein bed zit zodat de chauffeur kan slapen. Tevens staat hier ook een klein gasbrandertje om te koken. Lekker veilig met zo’n megatank aan brandstof naast je 😉 Geweldig wat een verzameling! Mijn vader zou hier wel 3 dagen rond kunnen kijken! Als we alle oude Fords, Mustangs, Buicks en nog vele merken meer bekeken hebben stappen we in de auto en rijden terug, net buiten Cottonwood eten we een bammetje en rijden de snelweg op richting het zuiden. De middag brengt niet veel meer dan autobaan en een zonnetje. Net voor Tucson gaan we van de autobaan af en rijden via regionale wegen richting een campsite die we uit hebben gezocht. Langs de weg staan enorme cactussen, wauw! We blijken echter de verkeerde weg op de navigatie te hebben en zitten dan ook compleet verkeerd. Hmm, dan maar eens opnieuw proberen. Net voordat het echt donker is komen we op de camping aan, het kantoor is al gesloten maar gelukkig komt er iemand aanlopen. Nee, tentplekjes hebben ze niet, daarvoor moeten we bij een andere camping zijn. De crazy cactus zou het moeten worden. Tien minuten later staan we bij het kantoortje maar ook hier zit de deur al op slot. Gelukkig komt er ook hier iemand aanlopen die weet te vertellen dat we maar een plekje moeten kiezen en morgen na 9 uur maar bij het kantoor moeten komen. Oh ja, je zit hier in de woestijn dus pas op voor ratelslangen… Hmm… Gewapend met zaklamp wordt de tent opgezet, en gekookt. Gelukkig geen ratelslang te zien! De rijst met bonen smaakt weer heerlijk. ‘s Avonds zetten we nog even een nieuw verslag en foto’s op de website en dan is het weer tijd om te gaan slapen.
Donderdag 13 september. Ook vandaag staan we op tijd op. De reden dat we zover naar het zuiden gereden zijn is het Pima Air en Space museum en dan voornamelijk de Boneyard tour die ze hier over de naastgelegen militaire basis doen. Het is slecht een kwartiertje rijden. Bij de ingang worden we opgewacht door een oud mannetje dat passievol verteld over het museum en de tours die er gegeven worden. Bij de kassa kopen we de benodigde kaartjes en lopen dan het museum in. We lopen meteen tegen het pronkstuk aan, de SR71 (Blackbird), het nog steeds snelste vliegtuig ter wereld. Toch geweldig dat een vliegtuig dat in 1964 is gebouwd het wereldrecord heeft. We lopen de hal door want om 10 uur kunnen we met het busje mee dat over het terrein rijd en uitleg geeft over alle vliegtuigen. We passeren diverse vliegtuigen, van gevechtstoestellen als de F14, F18, migs en diverse helikopters. Ook hebben ze diverse NASA toestellen staan, één ervan heeft een enorme “buik” en wordt het guppy genoemd. Deze werd door NASA gebruikt om grote onderdelen van ruimteveren te transporteren. we rijden ook nog langs de Air Force One van president Kennedy, b52 bommenwerpers en vele helikopters, Prachtig! Terug bij de hal even een sanitaire stop en door naar de bus die ons naar de boneyard brengt. De David Mothan vliegbasis die bij Tucson ligt heeft een behoorlijk groot gedeelte waar overbodige vliegtuigen worden gestald. Dit is voornamelijk vanwege het klimaat en de harde woestijngrond waardoor er geen dure ondergrond aangelegd hoeft te worden. Het klimaat zorgt er tevens voor dat de vliegtuigen niet roesten. Als de vliegtuigen hier landen worden alle vloeistoffen verwijderd en worden de ruiten en motoren voorzien van een bepaalde coating zodat de temperatuur in de vliegtuigen gelijkt blijft aan de buitenlucht. Mocht de komende jaren er weer vraag naar de toestellen ontstaan kunnen ze in zeer korte tijd weer ingezet worden. Als we de basis opdraaien kijken we onze ogen uit. Tjonge jonge wat een vliegtuigen staan hier, de gids verteld dat er inmiddels bijna 4000 staan!!! Ongelofelijk! Rijen met F16’s, B52 bommenwerpers en vele andere vliegtuigen en helikopters. Ook staan er rijen en rijen met vliegtuigmotoren, die worden verkocht als onderdelen. De gids verteld dat ongeveer 21% van de vliegtuigen nog een 2e leven krijgt. De rest wordt de komende jaren gesloopt en omgesmolten. Wat dat betreft is het onbegrijpelijk dat er nog vliegtuigen gebouwd worden. We blijven vol verbazing om ons heen kijken, onbegrijpelijk! Terug bij het museum lopen we de hallen door die we nog niet gezien hebben. We zien ook de binnenkant van een B29 bommenwerper, om te laten zien hoe het er uitgezien heeft als deze vol met bommen hing hebben ze het luik opengezet. wanneer het luik openging vielen er vele tonnen aan bommen naar de aarde. Ook zien we nog diverse foto’s van voedsel droppings boven Nederland aan het einde van de oorlog. Via de uitgang lopen we naar de auto en eten op een bankje in de schaduw onze enigszins verlate lunch. We rijden dan verder naar Siguaro National Park. Dit park staat bekend om de Siguaro Catussen die enorm hoog kunnen worden. Sommige zijn zelfs boven de 5 meter. Met de auto rijden we de scenic drive en stappen onderweg diverse kleren uit om deze grote jongens te bekijken. Indrukwekkend! Even na 5 uur verlaten we het park weer en gaan op weg terug naar het noorden. Onderweg kopen we snel even een broodje en warme soep en rijden naar een campsite een uur buiten Tucson. Dat scheelt morgen weer een uur. Net voor het donker komen we aan, we betalen en eten dan snel ons avondeten voordat het koud wordt. In het donker zetten we het tentje op en de rest van de avond bekijken we het programma voor morgen en lezen we wat. Snel nog even een douche en dan het bed in. Slaap lekker!